Hoe krijg je pubers aan het lezen?
Hoe krijg je pubers aan het lezen? Het is een vraag die menig ouder én leerkracht kopbrekens bezorgt. Bij het Heilig Hartinstituut in Heverlee lieten ze zich daardoor niet uit het lood slaan en zochten ze inspiratie in andere Europese landen. Zo kwam het Erasmus+-project Story-ID tot stand, samen met scholen uit Nederland, Portugal, Italië en het Verenigd Koninkrijk. Met het project wilden de scholen hun leerlingen vanuit hun leeservaring op zoek laten gaan naar hun culturele identiteit. Caroline Vekemans en Annick Van Den Eynde trokken het project vanuit het Heilig Hartinstituut en doen hun verhaal.
Die culturele identiteit, is die vergelijkbaar in de verschillende landen?
Annick: “Het viel ons op dat scholen daar heel verschillend mee omgaan. In Groot-Brittannië hebben ze natuurlijk een overweldigend aanbod literaire klassiekers. De literatuur vliegt hen daar bij manier van spreken in de mond. In Portugal zijn leerlingen heel erg doordrongen van hun culturele identiteit. Zij kunnen zomaar rechtstaan en werk voordragen van een van de grote Portugese dichters. Ook Nederland werkt sterk rond grote klassiekers. In Vlaanderen focussen de leerplannen niet per se op Vlaamse of Nederlandse literatuur. We proberen te vertrekken vanuit leesplezier, met boeken die aansluiten bij de leefwereld van tieners. Gaandeweg kunnen ze zo ook wel uitkomen bij onze klassiekers, maar als je daaruit vertrekt, kan dat demotiverend werken.”
Leesplezier, dat wordt tegenwoordig snel in verband gebracht met dalende leesniveaus.
Caroline: “Wij werken niet met ‘makkelijke’ boeken, wel met toegankelijke literatuur. Dat zijn boeken die aansluiten bij de leefwereld van tieners en tegelijk voldoende uitdagend zijn. Leesplezier en leesambitie staan elkaar absoluut niet in de weg. Alleen is het een uitdaging om een hoogstaand aanbod in het Nederlands aan te bieden dat aansluit bij de leeftijd en leefwereld van tieners. Bovendien evolueren jongeren in die leeftijdsfase op een heel verschillend tempo. Een boek voor 15-jarigen kan voor de ene te hoog gegrepen zijn en voor de andere net te makkelijk. De fase van leesplezier is uiteraard geen eindpunt, maar het laat jongeren zien dat lezen leuk, ontspannend en verrijkend kan zijn.
Annick: “We merken dat het bij jongens nog net iets moeilijker is om aansluiting te vinden dan bij meisjes. Jongens houden vaak van science fiction en fantasy, maar het Nederlandstalige aanbod in die genres is redelijk beperkt. Biografieën van bekende mensen zijn ook heel populair, zowel bij jongens als bij meisjes. Dat is echt wel een dankbare toegangspoort. “
Hoe heeft Story-ID jullie leesbeleid op school beïnvloed?
Caroline: “We hebben er in de eerste plaats voor gezorgd dat de mogelijkheid om te lezen heel zichtbaar aanwezig werd in de school. We hebben een knusse leeshoek, een lokaal dat we met zachte dwang ingepalmd hebben. Zien lezen doet lezen en dat mag je gerust letterlijk nemen. Daarom hebben we heel actief gewerkt aan die zichtbaarheid. Onder andere met een postercampagne waarbij wij als leerkrachten onze lievelingsboeken onder de aandacht brachten en waarom leerlingen die ook leuk zouden vinden.”
Annick: “Daar hebben we verder op gebouwd. We hebben leerlingen hun leesprofiel laten ontdekken. Welke genres boeien hen? Wat zijn hun lievelingsboeken? Welk type lezer zijn ze? Daar kunnen ze dan mee naar buiten komen en dat werkt inspirerend voor hun klasgenoten. Lezen is leuk en trendy en je kunt er mee uitpakken. Daar hebben we voortdurend op gezinspeeld met een quiz, een blog én onze actie The Masked Reader. Ludieke acties die leerlingen uitdagen om in de boeken te duiken. En dat werkt. We willen hier nu verder mee aan de slag met een drietal leesacties per jaar voor de hele school. Het is nu vooral zaak om de leesmicrobe levend te houden en zich verder te laten verspreiden.”
Als jullie kijken naar jullie buitenlandse collega’s, waar zijn jullie jaloers op?
Caroline: “In Groot-Brittannië hebben ze een ingenieus digitaal systeem, uitgerold door de overheid. Jongeren kunnen de boeken die ze gelezen hebben, laten registreren. Nadat ze een boek uit hebben, moeten ze er enkele vragen over beantwoorden om te bewijzen dat ze het effectief gelezen hebben. Dat wordt dan toegevoegd aan hun leesprofiel en zo wordt bijgehouden hoeveel ze gelezen hebben en wat voor boeken en genres. Op basis daarvan krijgen ze nieuwe leestips. Daar zijn ook beloningen aan verbonden en dat werkt heel leesbevorderend. Zo’n systeem zouden we in Vlaanderen ook heel graag uitgerold zien. Als scholen apart kunnen we zo’n investering niet aan, dat moet echt op Vlaams niveau gebeuren.
En omgekeerd, waar keken jullie buitenlandse collega’s van op toen ze hier op bezoek waren?
Annick: “Als iets kenmerkend is voor de Belgische leescultuur, is het wel het beeldverhaal. Dat vonden ze heel inspirerend. Ja, strips lezen is ook lezen. Voor alle duidelijkheid, daarvoor kijken we verder dan Jommeke of Suske en Wiske. Je hebt een heel hoogstaand aanbod aan graphic novels en daar is België een voortrekker. Ook dat is een heel interessante toegangspoort om jongeren aan het lezen te krijgen.
Bekijk hier de presentaties van ons seminarie over leesbevordering vanuit internationaal perspectief.