Advies over Education and Training 2020

De Vlor geeft de minister van Onderwijs enkele reflecties mee over de mededeling van de Europese Commissie over de nieuwe prioriteiten voor Europese samenwerking in Onderwijs en Vorming 2020. Op die manier hoopt de raad de Belgische stellingname over het toekomstig Europese onderwijsbeleid te beïnvloeden. Vlaanderen neemt in de Raad van Onderwijsministers immers de vertegenwoordiging op van België. De Vlor stelt vast dat de wijze waarop de Unie kijkt naar onderwijs bepaald is door de maatschappelijke verwachtingen. Naast die van de arbeidsmarkt, zijn er nu ook heel wat verwachtingen inzake burgerschap. Dit vloeit voort uit de bevoegdheden van de Unie. De Vlor pleit voor een subsidiaire benadering waarin maatschappelijke/Europese verwachtingen in balans zijn met de pedagogische opdrachten van het onderwijs. Maatschappelijke opdrachten zijn immers een onderdeel van een veel bredere pedagogische benadering die primeert. De keuze van de Commissie voor een meer gefocust en sterker geïntegreerd kader is een goed voornemen. Dit kan trouwens nog sterker door ook af te stemmen op de eventuele herziening van Europe 2020, de skills strategy en initiatieven vanuit de verschillende supranationale instellingen. De Unie rolt een nieuwe beleidslijn uit voor burgerschap, sociale cohesie en verantwoordelijkheid in een diverse samenleving. De Vlor onderschrijft die brede benadering die binnen onderwijs het belang van interculturele competenties, interculturele dialoog, fundamentele waarden en actief burgerschap, kritische reflectie en mediawijsheid centraal plaatst. De Vlor wijst andermaal op de geringe betrokkenheid van stakeholders en van het middenveld bij de totstandkoming van Europese kaders voor samenwerking en bij de vertaling ervan op het Vlaamse niveau. De raad vraagt een structurele inbedding van participatie van het middenveld op de verschillende beleidsniveaus.
Download hier het volledige advies (PDF, 208.13KB)